Wat als opa en oma anders opvoeden dan jij?
Met journalist Martijn Mak ging ik, voor een artikel in het Leidsch Dagblad, in gesprek over het verschil in opvoeden door ouders en grootouders. Lees hieronder een weergave het interview.
Van oma mag alles, wat moeder vaak verbiedt, zingt Corry Konings. Natuurlijk mogen grootouders hun kleinkinderen in de watten leggen: verwennen met wat lekkers, extra schermtijd of laat opblijven. Maar wat doe je wanneer jouw grenzen als ouder steeds worden overschreden?
We vragen het aan Ymkje Albada, gezinstherapeut met een praktijk in Leiden. Zij benadrukt ten eerste dat westerse opa’s en oma’s in hun kindertijd een meer autoritaire opvoeding hebben gehad dan zij hun kinderen hebben gegeven. „Dat komt kort door de bocht neer op: je doet wat ik zeg, anders krijg je straf.” Door de jaren heen heeft deze stijl echter plaatsgemaakt voor een ander, die overigens wel autoritaire elementen bevat: de autoritatieve opvoeding. “Daarin wordt de stem van het kind meegenomen”.
Opa’s en oma’s kunnen het heerlijk vinden dat zij niet meer primair de taak hebben om kleinkinderen op te voeden, weet Ymkje. Zij kunnen daarom wat makkelijker zijn als het gaat over bijvoorbeeld snoepen, schermtijd, opblijven of cadeautjes. „Alles wat te maken heeft met begrenzing kan leiden tot discussie”, legt ze uit. Voor het geval het verwengedrag echt uit de hand loopt, heeft ze wat tips. In de aanloop naar een goed gesprek, is het wijs om een aantal zaken helder te hebben. „Bedenk of het belangrijk genoeg is om in te grijpen en wat je zelf de belangrijkste begrenzing vindt.”
Ymkje maakt onderscheid tussen grootouders die een of meerdere dagen oppassen en opa’s en oma’s die alleen zo nu en dan voor de gezelligheid langskomen. Met de eerste groep is het belangrijker om afspraken te maken, omdat zij opvoedtaken uitvoeren. „Het is slim om aan het begin even met elkaar aan tafel te gaan. "En om dit overleg bijvoorbeeld ieder jaar een keer te herhalen”, zegt de therapeut. „Zeker als grenzen steeds opnieuw worden overschreden, kaart je dit aan. Zorg dat je als ouders op een lijn zit en spreek dan af met opa en oma. Voer een open gesprek: nodig ze uit om zich over de situatie uit te spreken. Zij moeten het kunnen aangeven als zij iets niet kunnen of willen. "Met die informatie kun je verder.” Gebeurt dat niet, dan gaat er ook niets veranderen. „In de praktijk zie je dat dit soort situaties blijven sluimeren, terwijl behoefte is aan duidelijkheid.”
Dat bij opa en oma veel mag, voegt overigens ook iets positiefs toe aan de ontwikkeling van (klein-)kinderen. „Het is toch fantastisch als zij betrokken opa’s en oma’s hebben, die ervoor zorgen dat zij voelen dat ze erbij horen? Dat kunnen grootouders als de beste, zij dragen immers niet meer de lasten van het ouderschap. "Zij kijken met een andere blik.” De andere kant van de medaille is dat er een grens zit aan verwennen. „Dat moet wel op een acceptabel niveau blijven.”
Tot slot benadrukt Ymkje dat kinderen heel goed kunnen dealen met verschillende opvoedstijlen, als maar duidelijk is welke regels wanneer en bij wie gelden. „Als dat duidelijk is, dan kunnen zij de verschillen wel aan.”
Het artikel in het Leidsch Dagblad kan je hier lezen: https://www.leidschdagblad.nl/extra/lifestyle/wat-als-jouw-ouders-een-andere-opvoedstijl-hanteren-dan-jijzelf-volgens-therapeut-ymkje-zit-er-een-grens-aan-verwennen/110476195.html